Gert-Jan Stoeten, voor velen in het Westerkwartier hét gezicht van Collectief Groningen West en Westerkwartier Natuurinclusief, stopt om zich volledig te storten op een toekomst als boer. “Rijkelijk laat,” zegt hij zelf… We maakten een afspraak aan de Zuiderweg in Zuidhorn en troffen Gert-Jan in een prachtig verbouwde boerderij.

Gert-Jan groeide op in een vleesvarkensbedrijf. “Mijn vader kwam uit een gezin van 12 kinderen. Hij had het grootste boerenhart en stapte in het verliesgevende pachtbedrijfje. Later begon hij voor zichzelf in de intensieve veehouderij.

Ik heb daar wel het nodige van meegekregen. Intensief boeren is niet mijn tak van sport. En ik was wel een boerenjongen, maar de varkensschuren daar moesten ze me echt in duwen. Ik heb meer met koeien.

Ik ga nu als voltijd boer aan de slag en ik wil daarmee een solide inkomen verdienen. Dat is een uitdagende stap. Maar ik ken geen boer die geen uitdagende stappen moet nemen.

Alles tegelijk

In 2015 is Collectief Groningen West opgericht met de fusie van drie agrarische natuurverenigingen. We sloten toen ongeveer 500 contracten met het Collectief. Iets eerder, in 2014, kochten wij dit plekje. We waren hier thuis dus volop aan het verbouwen en in 2016 bouwden we een stal. De veestapel groeide van 30 naar 65. Ik was fulltime aan het werk voor het collectief en in de weekenden en avonduren deed ik de boerderij erbij. Ik had die energie toen maar het was eigenlijk te veel en te gek.

Ik deed de inhoudelijke kant van de projecten, en ondertussen groeide mijn eigen bedrijf mooi door. We wilden bij Collectief Groningen West al een paar jaar voor corona een senior projectleider hebben. Eigenlijk is die pas onlangs gevonden in Jacomijn Pluimers. Tot 1 januari heb ik steeds verschillende projecten gedaan in drie dagen. Dat was nog steeds wel veel, al heb ik er een heel goed gevoel over.

Klaar mee

Die coronaperiode heeft er wel ingehakt. De puinhoop die de BV Nederland er nu van maakt… Zonder visie voeren ze allerlei paniekbeleid uit en daar ben ik klaar mee. Er is in de hogere echelons zo weinig feeling met wat landbouw is, met wat een boer voelt en hoe een boer denkt, dat er voor alles een rapport geschreven wordt, een regeltje wordt bedacht. Door steeds meer mensen met nette schoenen.

Ik sta met één been in de praktijk en met één been in die wereld. En ik heb besloten dat ik niet meer in het praatcircuit óver de boeren wil zitten, maar één van de boeren wil zijn. Misschien is dat een beetje een radicale keuze, maar de dingen worden veel te ingewikkeld voor mij. “Keep it simple” bestaat niet meer, terwijl boeren daar juist heel goed in zijn. Ik ben op mijn best als ik boeren kan verbinden. En ik probeerde er het beste van te maken, maar kan het geduld er niet meer voor opbrengen. Hier thuis merkten ze dat het papier- en vergaderwerk toch een beetje ging drukken. Mijn dochter vroeg waarom ik niet helemaal boer zou worden. Ik zet die stap nu.

Westerkwartier Natuurinclusief

Omdat ik wist dat Westerkwartier Natuurinclusief wel eens mijn laatste project zou kunnen zijn, heb ik er samen met veel andere boeren de schouders onder gezet. Het is geen overheidsproject geworden.

Ik wilde het erg dicht bij de boeren houden en het resultaat echt op het erf laten landen.

De natuurbeherende organisaties vinden nu wel eens dat we wel erg veel op het boerenerf zitten. Maar als we dat niet hadden gedaan, dan hadden we niets voor elkaar gekregen. Het is wel heel goed dat er naast praktische mensen ook mensen met iets meer afstand meehelpen om de gang erin te houden. Je moet wel breed blijven kijken. Dat kunnen de projectleiders bij Westerkwartier Natuurinclusief hartstikke goed. En ik heb ontzettend mooie tijden gehad bij de agrarische natuurverenigingen en het collectief, en ik ben ook uitermate blij dat Jacomijn het team nu komt versterken. Eric, Janneke en Liesbeth zijn goud waard, dus het komt helemaal goed.

Power in het praktische en persoonlijke

Als je kijkt naar de groep van veertig boeren die samenkwamen in de winterbijeenkomsten… Dat was geweldig! Dat een high-tech boer met 400 koeien, die het heel industrieel aanpakt, vol verbazing kijkt naar een bioboer die met 70 koetjes op 35 bunder land een inkomen verdient… En dat mensen daarover napraten en het interessant vinden, daar zit zo veel power om nog heel veel te kunnen doen. In het praktische en het persoonlijke.

Dat je elkaar vertrouwt en niet wordt gezien als ‘de andere kant’.

Samenwerken met betrokken lokale bestuurders, die het persoonlijke gesprek wél opzoeken. Dat hebben we hier nodig. En wij zijn hier goed in het verbinden aan de keukentafel.

En nu?

Ik ga niets meer met papierwerk doen. Er komen vast dingen op mijn pad, allemaal leuk. Maar ik ga hier die Groninger schuur slopen, en er komt een nieuwe schuur met vrije overspanning en vijftig extra plekken voor mijn dieren. In de bouwvak blijf ik thuis. Ik ga eerst afstand nemen van het hele circuit. “Wordt het leven nu gemakkelijker?” Het is wel spartaans om als boer met niets te beginnen en de ambitie te hebben om toch een inkomen te verdienen. Ik denk dat de meeste boeren om mij heen denken ‘dat redt hij nooit’.

Ga jij zelf natuurinclusief boeren?

Ja! Ik doe alleen maar natuurinclusieve dingen. Mijn strooisel, voer en krachtvoer maak ik allemaal zelf, op natuurgrond. Ik heb mooie weidevogelgebieden. Daar doen we mozaïkbeheer, vaste mest strooien, gevarieerd extensief weiden, laat maaien, vroeg maaien… alles wat die weidevogels willen. Bij Kardinge boeren we in stadsnatuur, in een parkachtig belevingslandschap. Daar doen we alles om een bloemrijke vegetatie te krijgen. Een halfopen landschap waar mijn vee eigenlijk loopt voor de beleving van de burger. Dat werkt best goed. In de Staatsbosbeheergebieden gaat het waterpeil omhoog, want het veen moet behouden blijven. Het moet toch beheerd worden. Daar zorgen we met aangepast materieel dat die grote vossenstaart er vroeg in het jaar afkomt zodat je daar toch naar een kruidenrijke vegetatie gaat. Alles is hier, per definitie, natuurinclusief. Dat is mijn uitgangspunt.

Nomadische natuurboer

Hier bij huis heb ik maar vijf hectare. Mijn beheergronden liggen bij Kardinge, tussen Groningen en Adorp, bij Harssens en tegen de snelweg A7 bij De Drie Polders. Ik heb dus een behoorlijke actieradius. Ik ben een nomadische natuurboer. Als je met niks, begint neem je met minder genoegen. Ik heb de afgelopen jaren dan ook geen ‘nee’ verkocht. Al mijn vee gaat in het voorjaar in de kar die kant op. In de herfst komt het weer terug. Mijn maaier gaat daar maaien, de pakken haal ik zelf op. Het is arbeidsintensief en hard werken.

Met ons onvolprezen RVO en de nieuwe perceelintekening ben ik nu gegroeid naar 273 percelen en 122 hectare. Ik zou nog wel wat verder willen groeien. Als je een boer zonder ambitie bent, dan moet je wat anders gaan doen. Ik kan het niet winnen op harder werken als een ander en met het draaien van langere dagen. Daar moet ik wel voor oppassen.  Ik moet slim boeren. Maar als je een beetje schaal hebt en je hebt zo nu en dan wat hulp dan is dat hartstikke mooi.

Natuurlijk zou ik wel wat meer grond in de buurt willen. Maar dat is ook kostbaar. En wat ik vaak zie is dat alles bij de boeren die iets te zwaar bij de bank zitten het mooist glimt, maar dat ze niet de meest vrolijke boeren zijn. Ik moet zorgen dat ik het, low profile, zoek in het kleine en in kwaliteit. Ik lever een kwaliteitsproduct.

Inkomen, geen aai over de bol

Iedereen buiten de landbouw geeft mij een dikke aai over de bol. Of het nou terreinbeheerders, beleidsinstanties of adviesbureaus zijn. Ze zeggen allemaal: kijk, zoals jij boert… 100% kringloop, 100% gras gevoerd. Dierenwelzijn top. Veel weidevogels. CO2 opslag in de veengebieden. Hartstikke goed. Maar ze zien niet dat de kosten van die manier van boeren hoger zijn dan de opbrengsten. Ik wil geen aai over de bol. Ik wil laten zien waar de schoen wringt en gas op de plank houden. Doorzetten en volharden dat deze stijl van boeren ook een inkomen verdient.

Ik heb de laatste jaren een zuivere koppel stamboek Groninger Blaarkoppen, en een zuivere koppel Hereford koeien en die lopen in natuurgebieden met de kalfjes erbij. En sinds vorig jaar houd ik in samenwerking met collega-boer Erik van der Velde en de Groene Weg, biologische slager in Groningen, ook kruislingen. Dat zijn melkkoeien die gedekt worden door een Hereford stier op het melkveehouderijbedrijf van Erik. Die kalfjes blijven drie maanden daar. Daarna komen ze bij mij om in twee jaar dik te worden en op slachtgewicht te komen. We zetten ze dan af bij de Groene Weg.

Erik van der Velde belde mij. Die is ook overtuigd biologisch. Hij zei: ‘Ik heb eigenlijk geen goed antwoord op de vraag ‘Wat gebeurt er met de kalfjes die je niet zelf nodig hebt?’. Die gaan normaal gesproken het gangbare circuit in, terwijl er voor de slacht veel vee uit het buitenland geïmporteerd moet worden. Toen hebben we bedacht dat we samen de slag kunnen maken naar ‘vier keer NL’, de kalfjes worden geboren bij Erik, gemest bij mij, geslacht bij de Groene Weg en vermarkt bij de Albert Heijn. Dat is vier keer NL. Daarmee zijn we de eerste in Nederland. Eigenlijk een hele praktische gedachte waar we geen rekenmachine bij nodig hadden. Dus daar zijn we nu mee bezig. Ik kan me er straks op concentreren, zonder al dat papierwerk of de constante houding van LNV ‘we mogen niet van Brussel’. Daar heb ik het geduld niet meer voor. Nee… bij mij is de bladzijde echt wel om. Dat merk je wel.

De afgelopen jaren werkte ik om schaal te krijgen. Nu ik wat schaal heb moet ik rendement gaan maken. Je kunt overal op gaan rekenen en je steeds afvragen of je verstandig bezig bent. Ik heb in de afgelopen jaren veel van andere boeren geleerd. Wat ze anders doen. En om niet te zenuwachtig te zijn. Je eigen kop volgen en ook zorgen dat je het goed met de buren doet.

Vee-Kruislingen-Westerkwartier-Stoeten

Grond is de sleutel

Voor de komende, laatste maanden van het programma Westerkwartier Natuurinclusief is het belangrijk om je te beseffen dat er heel veel grond te koop komt en dat grond tegelijkertijd nog nooit zo duur is geweest. Dat jaagt, als je niet oppast, alleen maar intensivering aan. Terwijl schoon water, klimaat, biodiversiteit en landschap tegenwoordig meer waard zijn dan melk voor de export. Wil je werkelijk de kringloop meer sluiten, en dus minder afhankelijk zijn van kunstmest en krachtvoer, dan ligt de sleutel bij meer grond onder het bedrijf.

Als je andere dingen wilt van de landbouw, dan moet je zorgen dat de partijen die daar belang bij hebben de grond op een slimme manier bij de boeren kunnen krijgen en houden. Op die manier zorg je ervoor dat de boer wat extensiever kan boeren. Hij kan dat simpel houden.

De overheid wil zich er niet aan branden of staat te ver van de praktijk af. Het waterschap heeft andere prioriteiten en de gemeente gaat er niet over. Dus zou je vanuit de samenwerking binnen Westerkwartier Natuurinclusief zelf een verhaal moeten maken waar niemand omheen kan. In een collectieve aanpak zouden de boeren de helft van het geld op het kleed moeten leggen, waarna je gezamenlijk met Westerkwartier Natuurinclusief zorgt dat je de tweede helft gefinancierd krijgt.

Je hoort het… er liggen nog zo veel kansen!”

Gert-Jan Stoeten Zuidhorn Westerkwartier

Slotwoord

Met zijn ideeën, ambitie, passie voor natuurinclusieve landbouw en zijn verlangen naar eenvoud, neemt Gert-Jan afscheid van zijn rol bij Collectief Groningen West en Westerkwartier Natuurinclusief. Hij zet een nieuwe stap in zijn leven als boer, met de intentie om bij te dragen aan een duurzame en harmonieuze landbouwsector. We bedanken Gert-Jan voor de enorme inzet en wensen hem veel succes en voldoening toe!